Face-to-face praten we 30-40% over onszelf, maar in de social media blijkt dat 80% van de communicatie over onszelf gaat: digitaal narcisme dus.
Het volgende verhaal is te vinden op Wikipedia:
Narcissus was een mooie jongeman die leefde voor de jacht. Zijn moeder had van de ziener Tiresias de voorspelling gekregen dat hij zou blijven leven als hij ‘zichzelf maar niet kende’. Hij had al heel wat harten sneller doen kloppen. Narcissus wilde echter niets van liefde weten en wees iedereen af. Enkel de jacht interesseerde hem. Op een dag was er een maagd die hem tevergeefs probeerde te verleiden. In een gebed aan de goden vroeg ze om Narcissus ook eens te laten voelen hoe het was om iemand lief te hebben die je liefde niet beantwoordt. Volgens sommige bronnen was het Aphrodite zelf die haar gebed beantwoordde en haar wens in vervulling deed gaan. Zo kwam de jonge Narcissus op een dag aan bij een heilige vijver, waarvan het water kristalhelder was. Moe van het jagen besloot Narcissus om daar even tot rust te komen en zijn dorst te lessen. Toen hij zich voorover boog zag hij zijn weerspiegeling in het wateroppervlak, maar hij dacht dat het een mooie geest was die in de vijver leefde. Zo bleef hij daar zitten, in bewondering starend naar deze verschijning. Hij werd verliefd op zichzelf. Hij bracht zijn lippen naar het water in een poging om de verschijning te kussen, hij stak zijn armen uit om het beeld te omhelzen. Zijn geliefde vluchtte weg maar kwam terug toen het water weer kalm was. Hij kon zichzelf er niet meer toe brengen om van het water weg te kijken, hij dacht niet meer aan eten en drinken, of aan rust, enkel aan de verschijning in het water. Uiteindelijk kwijnde Narcissus helemaal weg en stierf. Het enige wat van hem overbleef was een bloem, een narcis, die nu nog steeds herinnert aan Narcissus.
Wat we in de social media van Narcissus kunnen leren is dat het in eerste aanzet niet draait om het binnenhalen van nieuwe klanten (jagen), maar om het openstaan voor de behoeften van anderen (liefde).
Tegelijk is het heel begrijpelijk dat ieder voor zich het firmament aftast van de nieuwe media. Het is moeilijk voor te stellen dat we nog maar een paar jaar geleden sterk beperkt werden door de oude media: in het gehoord worden voor onze mening, in de ontwikkeling van onze kennis en in het leggen van wereldwijde contacten.
Wie de oneindigheid van de social media ervaart, gaat door fases van ontdekking, verwondering, euforie en vervolgens bezinning. Met name in de fase van euforie neigen we door te slaan: we willen erbij horen én we willen meetellen. En dat laatste kan gaan frustreren: in een universum van miljarden valt een enkeling nauwelijks nog op. En dus experimenteren we met technieken om ons ‘licht’ feller te laten schijnen, zo fel – denken we – dat niemand meer om ons heen kan.
Maar door alle inspanningen die daarvoor nodig zijn verliezen we (soms) de support van de mensen om ons heen: “Ze begrijpen thuis het belang niet van waar ik mee bezig ben”. Natuurlijk niet, vrijheid kun je niet beschrijven, die moet je ervaren.
Maar als je net als Nascissus onder de indruk begint te geraken van je eigen zwaaraangedikte sociale representatie, dan is het tijd om weer met je voeten op de grond te landen. Geniet met volle teugen van jouw vrijheid om jouw sociale werkelijkheid te creeren, maar doe het met mate. Want de werkelijkheid is dat je in je enthousiasme voorbijgaat aan de essentie van de social media: het is een conversatiemedium, geen persoonlijk propagandakanaal.
De bezinners begrijpen dat laatste. Zij snappen ook dat de meerwaarde ligt in het verbinden, helpen en verheffen van anderen, niet in het verheffen van jezelf.
Dus: Ontdek, verwonder, vier de euforie en kom dan weer tot je zinnen. Happy landing!